De verzen over oorlog in de Koran worden door sommige niet-gelovigen bewust afgeweken van hun betekenis. De betekenis van de verzen worden uit hun context geïnterpreteerd. Echter, als die verzen werden geïnterpreteerd binnen de algemene logica van de Koran en binnen de context van het onderwerp; zouden verzen gemakkelijk worden verduidelijkt. Het vers in Soerah At Taubah is als volgt:
Doodt hen dan die niet Allah en het Hiernamaals geloven en die niet voor verboden houden wat Allah en zijn Boodschapper verboden hebben verklaard; en zij die de godsdienst van de Waarheid niet als godsdienst nemen, van hen aan wie de Schrift is gegeven, totdat zij het beschermgeld (Djizyah) betalen, naar vermogen, terwijl zij onderdanigen zijn. (Soerah at Taubah, 29)
Als we het vers nader onderzoeken, aan de mensen wie het wordt beveeld om oorlog tegen te voeren is niet gericht tegen alle mensen van het Boek. De reden dat er wordt bevolen om tegen hen te vechten is omdat zij als eerste de oorlog begonnen. Als Soerah At Taubah vanaf het begin wordt gelezen; zal het onderwerp beter worden begrepen.
Alle verzen over oorlog in de Koran moeten worden beoordeeld in de integriteit van de gehele Koran. In tegenstelling tot alle claims; is oorlog alleen toegestaan in geval van zelfverdediging in de Koran. Gedurende de geschiedenis riepen sommige islamitische staten op tot oorlog met sommige landen als invasie, maar die oorlogen konden niet als godsdienstoorlogen worden beschouwd maar als politieke oorlogen daarentegen, omdat een dergelijke oorlog alleen als invasie voor Allah niet acceptabel is. In Soerah al-Baqara zegt Allah als volgt:
En strijdt op de Weg van Allah tegen degenen die tegen jullie strijden en overtreedt niet. Voorwaar, Allah heeft de overtreders niet lief. En doodt hen waar jullie hen ook aantreffen en verdrijft hen van waar zij jullie hebben verdreven. En Fitnah (afgoderij) is erger dan doodslag. En bestrijdt hen niet bij de Masdjid al Haram (de Gewijde Moskee te Mekkah) totdat zij jullie daar bestrijden; als zij jullie dan bestrijden: doodt hen dan. Zo is de vergel-ding voor de ongelovigen. Maar als zij ophouden; voorwaar, dan is Allah Meest Vergevensgezind, Meest Barmhartig. En bestrijdt hen tot er geen Fitnah (meer) is en de godsdienst aan Allah behoort, maar als zij dan ophouden, dan is er geen vijandschap, behalve tegen de onrechtplegers. (Soerah al Baqarah, 190-193)
Zoals we uit die verzen kunnen begrijpen kan oorlog alleen worden gevoerd tegen degenen die voor het eerst de oorlog hebben verklaard. Bovendien waarschuwt Allah de gelovigen de grenzen in deze oorlog niet te overtreden. Tijdens de oorlog, als de andere partij niet meer vecht en om genade vraagt; dienen Moslims dit te gehoorzamen en niet langer oorlog te voeren. Bij het oplopen van een schade bij een oorlog wordt er om”Cizye” gevraagd; dit Arabische woord is geconjugeerd van het woord straf in het Arabisch; daarom betekent het ” compensatie voor oorlog” en niet de belasting. Oorlog is het bewijs voor de compensatie voor oorlog en niet voor invasie in de Koran. Als de oorlog alleen voor invasie was dan zou de compensatie voor oorlog niet worden geëist. Het belangrijkste doel van de invasie is om andermans land in te nemen; vragen voor de schade van de oorlog zou dan zinloos zijn. Het was compensatie voor oorlog, die het wrede Duitsland had betaald na de Tweede Wereldoorlog. Cizye, compensatie voor oorlog, bestaat in burgerlijk recht ook.
We hebben in de bovenstaande verzen gezien dat oorlog alleen in geval van zelfverdediging is. God eist van moslims om met al hun macht te vechten wanneer zij als eerst worden aangevallen. Gerelateerde verzen in Soerah At Taubah zijn als volgt:
Waarom bestrijden jullie een volk dat hun eden breekt niet? Terwijl zij van plan zijn om de Boodschapper te verdrijven, en zij jullie het eerts aanvallen? Vrezen jullie hen, terwijl Allah er meer recht op heeft dat jullie Hem vrezen, als jullie gelovigen zijn? Doodt hen; Allah zal hen zeker bestraffen door middel van jullie handen en Hij zal hen vernederen en Hij zal jullie helpen tegen hen en Hij zal de harten van een gelovig volk genezen. En Hij zal de woede van hun harten doen verdwijnen en Allah aanvaardt het berouw van wie Hij wil. En Allah is Alwetend, Alwijs. (Soerah at Taubah, 13-15)
Het is voor de hand liggend om bestendig en hard te zijn in oorlog om zo de oorlog eerder te beëindigen en een demotiverend voorbeeld te zijn voor toekomstige oorlogen. Om tegenverzet te voeren tegen deze eerste aanvallers en hen het spijt gevoel geven, zou de meest redelijke manier zijn om de vrede te beschermen.
Afgezien hiervan, geeft Allah toestemming voor oorlogvoering als bescherming van verzwakte moslims, voor degenen die worden onderdrukt en die in grote nood zijn.
En waarom zouden jullie niet vechten op de weg van Allah en (ter verdediging) van de onderdrukten van de mannen en de vrouwen en de kinderen, degenen die zeggen: ‘’Onze Heer, haal ons weg uit deze stad, waar de mensen onrecht plegen en
breng ons van Uw Zijde een beschermer en breng ons van Uw Zijde een hepler!’’ (Soerah an Nisa, 75)
Zo’n oorlog is niet voor geweld, maar als genade voor de zwakke mensen. Islam, die tegen wreedheid is, beveelt de gelovigen om als een beschermer te zijn en genade te tonen voor mensen die in onderdrukking leven. En in geval van vrede; beveelt Allah de gelovigen om rechtvaardig en goed te zijn. Het doel is om vrede in continuïteit te houden tegen de oorlog.
Allah verbiedt jullie niet om met degenen die jullie niet bestrijden vanwege de godsdienst, en die jullie niet uit jullie woonplaatsen verdrijven, goed en rechtvaardig om te gaan. Voorwaar, Allah houdt van de rechtvaardigen. (Soerah al Moemtahanah, 8)
Welk geloof de andere partij ook aanhangt en die de gelovigen confronteert, als ze in vrede willen leven; kan de enige benaderingswijze van de gelovigen hierin zijn, vriendelijkheid volgens de Koran. Derhalve, wanneer deze verzen als geheel worden gelezen en geheel worden geïnterpreteerd, dan is er onder hen geen enkele tegenstrijdigheid.